European Partnerships for School Development

Met deze projecten krijgen meer scholen, leerlingen en leraren toegang tot internationale mobiliteiten en kunnen goede voorbeelden tussen scholen gedeeld en uitgevoerd worden. Daarnaast kan het onderwijs en leren op scholen verbeterd worden. Ook krijgen scholen hierbij de kans om te experimenteren met innovatieve methodes. 

Hoe ziet een European Partnerships for School Development eruit? 

Met European Partnerships for School Development kunnen onderwijsprofessionals (nieuwe) kennis en vaardigheden opdoen, kunnen schoolbesturen en scholen structureel samenwerken en kunnen ervaringen uitgewisseld worden. Door middel van verschillende thema’s vinden projectpartners elkaar. 

Een European Partnerships for School Development gaat van start op 1 oktober 2026, duurt drie jaar en ontvangt een vast lumpsum bedrag van EUR 400.000,00. 

Wat zijn de belangrijkste samenwerkingsgebieden? 

De partnerschappen moeten zich richten op samenwerking binnen twee hoofdgebieden: 

1. Verbetering van de kwaliteit van leren en lesgeven op school 

Voorbeelden: 

• Ontwerpen en testen van innovatieve onderwijs- en leeractiviteiten
• Gezamenlijk lesgeven
• ‘Peer learning’ en mentoring voor personeelsleden
• Vervanging van leraren en beheer van middelen 

2. Capaciteitsopbouw voor grensoverstijgende mobiliteit en samenwerking in het schoolonderwijs 

Voorbeelden: 

• Creëren van ondersteunende structuren en expertise zodat internationale samenwerking een vast onderdeel wordt
• Verankeren van grensoverstijgende mobiliteitsactiviteiten voor de lange termijn
• Uittesten van vaste mobiliteitsperioden
• Erkenning van leerresultaten
• Erkenning van projectwerk
• Professionele ontwikkeling, training en capaciteitsopbouw van onderwijsprofessionals  

Wie kan een aanvraag doen? 

European Partnerships for School Development zijn vooral geschikt voor schoolbesturen met ervaring in internationalisering en Erasmus+, die een langdurige impact op het beleid, curriculum en het leren van hun scholen willen bereiken en structureel samenwerken, leren en delen van en met andere schoolbesturen en scholen. 

Een European Partnerships for School Development bestaat uit: 

• Eén lokaal of regionaal schoolbestuur, als projectcoördinator.
• De projectcoördinator moet minstens twee scholen uit eigen land meenemen.
• Om een partnerschap te vormen, is er minstens één partnerschoolbestuur uit een ander land nodig.
• Dit partnerschoolbestuur moet eveneens twee scholen toevoegen aan het partnerschap.
• Extra schoolbesturen en scholen uit dezelfde of andere landen kunnen ook aansluiten.
• Er is geen maximumaantal deelnemende organisaties. 

Organisaties met een Erasmus Accreditatie binnen het primair en voortgezet onderwijs kunnen ook een aanvraag indienen voor een European Partnership for School Development (KA240). Ervaring met KA1 of KA2 is zelfs een pluspunt. 

Meer weten over Erasmus+ European Partnerships for School Development? 

 Lees de informatiebrochure binnenkort op deze pagina en bekijk welke soort Nederlandse organisaties in aanmerking komen als coördinator of partner. Partnerorganisaties uit partnerlanden dienen bij hun eigen Nationale Agentschap na te vragen of ze in aanmerking komen als partner voor een KA240. Officiële lijsten (ontvankelijkheid) staan uiterlijk 15 januari 2026 online.  

Hoe dien je je aanvraag tijdig in? 

Aanvragen moeten uiterlijk 9 april 2026, 12:00 uur CET worden ingediend via het aanvraagportaal van Erasmus+ 

• 9 april 2026 – Deadline voor het indienen van aanvragen
• Zomer 2026 – Resultaten van de eerste oproep worden bekendgemaakt
• 1 oktober 2026 – Eerste European Partnerships for School Development starten 

Meer informatie vind je op de website van de Europese Commissie. 

Hulp nodig bij je aanvraag?  

Je kunt deelnemen aan webinars van de Europese Commissie, of online infosessies van het Nationaal Agentschap Onderwijs & Training bijwonen. Heb je een vraag? Neem dan contact op via het contactformulier of rechtstreeks via mail naar povoKA2@erasmusplus.nl